Inleiding
Belastingheffing is geregeld in de Grondwet en is alleen toegestaan op basis van een wet die door de regering en de Staten Generaal is vastgesteld. Ten aanzien van de gemeentelijke belastingheffing is het de Gemeentewet waarin is bepaald welke belastingen geheven mogen worden. De raad besluit tot het invoeren, wijzigen of afschaffen van een gemeentelijke belasting middels het vaststellen van een belastingverordening.
In het kader van de heffing van gemeentelijk belastingen heeft gemeente Amersfoort de volgende doelstellingen:
- lasten die reëel zijn bij het voorzieningenniveau van een stad als Amersfoort;
- het kostendekkend opleggen van rioolheffing, afvalstoffenheffing en rechten (retributies).
Beleidskader / algemene uitgangspunten
De (woon)lasten zijn reëel en passen bij het voorzieningenniveau van Amersfoort. Voor de heffingen (afvalstoffenheffing en rioolheffing) en rechten (gemeentelijke dienstverlening tegen betaling, zoals leges) geldt het streven naar 100% kostendekkendheid. De tariefaanpassingen zijn daarmee een resultante van de kostenontwikkelingen.
Ondanks de inflatie van de afgelopen jaren stelt ons College voor om, conform de Kadernota, de trendmatige verhoging van de belastingopbrengsten te beperken tot 2,7%, los van eventuele andere effecten, zoals maatregelen in het kader van de ombuigingen die u verderop in deze paragraaf treft. De toeristenbelasting wordt conform het ombuigingsbesluit stapsgewijs verhoogd tot € 6,14 per overnachting in 2027.
Overzicht belastingen en heffingen
De belangrijkste belastingen, heffingen en rechten (retributies) die door onze gemeente worden geheven, zijn:
· onroerendezaakbelastingen (OZB);
· afvalstoffenheffing;
· rioolheffingen;
· precariobelasting;
· hondenbelasting;
· toeristenbelasting;
· parkeerbelasting;
· rechten.
Tot de rechten die geheven worden behoren de leges en daarnaast de marktgelden, de haven- en liggelden en de begraafplaatsrechten.
Tenslotte wordt er in de binnenstad, Euterpeplein en Neptunusplein ook reclamebelasting geheven. De opbrengst van de reclamebelasting komt ten goede aan de ondernemersfondsen in het betreffende gebied ten behoeve van de kwaliteitsversterking van het gebied. De gemeente genereert met de reclamebelasting dus geen eigen inkomsten.
Landelijke ontwikkelingen
Proceskosten WOZ
Het verdienmodel van No-cure-no-paybureaus bestaat uit het voor de volmachtgever gratis voeren van bestuursrechtelijke procedures. Bij een gegrondverklaring ontvangen de bureaus conform het ‘Besluit proceskosten bestuursrecht’ een tegemoetkoming in de proceskosten. Wordt tijdens een lopende procedure ook nog eens de ‘redelijke termijn’ voor de duur van de zaak overschreden bestaat hoe dan ook aanspraak op een vergoeding wegens ‘immateriële schade’. Zo wordt ook in het kader van de Wet WOZ door de bureaus voor beide vergoedingen geprocedeerd. Dat resulteert in een toenemende stroom van bezwaar- en beroepszaken waardoor de druk op de WOZ-keten toeneemt en deze langzaam overbelast raakt door langere doorlooptijden van zaken en bijgevolge hogere kosten.
Het Besluit proceskosten bestuursrecht kent voor belasting- en WOZ- zaken een kostenvergoeding die grofweg de helft bedraagt van de kostenvergoeding die bij overige bestuursrechtelijke zaken wordt toegekend. De Hoge Raad oordeelde dat dit niet rechtmatig is met als gevolg een enorme toename van de proceskosten bij WOZ-procedures.
Op 1 januari 2024 trad de 'Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ en bpm' in werking. Met deze wet wordt beoogd de financiële prikkels weg te nemen voor het op no-cure-no-pay basis enkel procederen voor de vergoeding van de proceskosten en de immateriële schade. In aansluiting daarop is met ingang van 1 januari 2025 de Wet WOZ aangepast waardoor de vergoeding voor rechtsbijstand in de bezwaarfase voor beschikkingen die op of na 1 januari 2025 zijn bekendgemaakt extra gematigd wordt.
Lokale lastendruk
De woonlasten omvatten het totaal van de gemiddelde aanslag onroerendezaakbelasting eigenaar woningen (OZB), de rioolheffing en de afvalstoffenheffing voor één- en meerpersoonshuishoudens.
De ontwikkelingen in de OZB, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing worden in het volgende overzicht weergegeven. Voor de berekening van de OZB 2026 is uitgegaan van een gemiddelde WOZ-waarde van € 441.000 (waardepeildatum 1 januari 2024). In de begroting 2025 gingen we nog uit van een gemiddelde WOZ-waarde van € 419.000 (waardepeildatum 1 januari 2023).
Rekening houdend met de loon- en prijsontwikkeling neemt de lokale lastendruk voor de inwoners toe. Voor eenpersoonshuishoudens stijgt de gemiddelde lastendruk met € 39. Voor meerpersoonshuishoudens stijgt de gemiddelde lastendruk met € 38. De stijging van de afvalstoffenheffing is enkel het gevolg van demografische ontwikkelingen, waarbij het aantal eenpersoonshuishoudens relatief meer stijgt ten opzichte het aantal meerpersoonshuishoudens. De stijging van de OZB wordt veroorzaakt door de trendmatige verhoging van 2,7% en de in de Kadernota 2025 genoemde v erhoging van de OZB van 1,8% als compensatie voor het aanbestedingsvoordeel (Cirkelwaarde) bij de afvalstoffenheffing.
Tabel: PL.01 Lastenontwikkeling inwoners
(x € 1,--)
EENPERSOONSHUISHOUDENS | BEGROTING 2025 | BEGROTING 2026 | GROEI % | GROEI € |
---|---|---|---|---|
OZB-gebruikersdeel | 0 | 0 | 0,00% | 0 |
Rioolheffing-gebruikersdeel | 68 | 70 | 2,10% | 1 |
Afvalstoffenheffing | 286 | 301 | 5,39% | 15 |
Lasten gebruikers | 354 | 371 | 4,76% | 17 |
OZB-eigenarendeel | 455 | 476 | 4,50% | 21 |
Rioolheffing-eigenarendeel | 85 | 86 | 2,10% | 2 |
Lasten eigenaren | 540 | 562 | 4,13% | 22 |
LASTEN EIGENAREN/BEWONERS | 894 | 933 | 4,38% | 39 |
MEERPERSOONSHUISHOUDENS | BEGROTING 2025 | BEGROTING 2026 | GROEI % | GROEI € |
OZB-gebruikersdeel | 0 | 0 | 0,00% | 0 |
Rioolheffing-gebruikersdeel | 68 | 70 | 2,10% | 1 |
Afvalstoffenheffing | 401 | 416 | 3,79% | 15 |
Lasten gebruikers | 469 | 486 | 3,55% | 17 |
OZB-eigenarendeel | 455 | 476 | 4,50% | 21 |
Rioolheffing-eigenarendeel | 85 | 86 | 2,10% | 2 |
Lasten eigenaren | 540 | 562 | 4,13% | 22 |
LASTEN EIGENAREN/BEWONERS | 1.009 | 1.048 | 3,86% | 39 |
* De groeipercentages en -totalen zijn berekend over niet afgeronde bedragen
Vergelijking woonlasten
Voor de vergelijking van de woonlasten vergelijken we onszelf met andere gemeenten met dezelfde omvang als Amersfoort. Hierbij maken we gebruik van de gegevens van Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO). We maken hierbij onderscheid tussen één en meerpersoonshuishoudens en tussen eigenaren van woningen en huurders. Voor eigenaren van woningen is de lastendruk hoger dan het gemiddelde van de vergelijkbare gemeenten. Voor huurders is de lastendruk lager dan het gemiddelde van de vergelijkbare gemeenten.
Tabel: PL.01A Atlas Lokale Lasten Coelo 2025
(x € 1,--)
EIGENAAR - BEWONER | EENPERSOONS-HUISHOUDEN | MEERPERSOONS-HUISHOUDEN |
---|---|---|
Apeldoorn | 990 | 1.004 |
Arnhem | 1.009 | 1.100 |
Haarlem | 947 | 1.137 |
's-Hertogenbosch | 804 | 864 |
Utrecht | 1.115 | 1.280 |
Zaanstad | 1.038 | 1.038 |
Zwolle | 837 | 920 |
Amersfoort | 1.025 | 1.141 |
HUURDERS | EENPERSOONS-HUISHOUDEN | MEERPERSOONS-HUISHOUDEN |
Apeldoorn | 418 | 431 |
Arnhem | 334 | 426 |
Haarlem | 310 | 500 |
's-Hertogenbosch | 331 | 391 |
Utrecht | 313 | 477 |
Zaanstad | 678 | 678 |
Zwolle | 248 | 331 |
Amersfoort | 334 | 449 |
Overzicht raming belastingopbrengsten
Tabel PL.02 geeft een overzicht van de geraamde belastingopbrengsten per belastingsoort over de periode 2024-2029. De verschillende belastingsoorten worden hieronder verder uiteengezet.
Tabel: PL.02 Overzicht geraamde belastingopbrengsten
REKENING 2024 | BEGROTING 2025 | BEGROTING 2026 | RAMING 2027 | RAMING 2028 | RAMING 2029 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Hondenbelasting | 818 | 818 | 840 | 840 | 840 | 840 |
OZB | 57.632 | 60.519 | 63.531 | 65.023 | 66.807 | 67.574 |
Precariobelasting | 226 | 182 | 187 | 187 | 187 | 187 |
Toeristenbelasting | 885 | 1.152 | 1.389 | 1.543 | 1.543 | 1.543 |
Afvalstoffenheffing | 25.657 | 25.719 | 27.069 | 26.330 | 25.726 | 24.612 |
Rioolheffing | 16.586 | 16.952 | 17.641 | 17.795 | 17.948 | 17.946 |
TOTAAL | 101.804 | 105.342 | 110.657 | 111.718 | 113.051 | 112.702 |
Onroerende-zaakbelasting (OZB)
Algemeen
Van binnen de gemeente gelegen onroerende zaken wordt onder de naam ‘onroerende-zaakbelastingen’ (OZB) twee directe belastingen geheven:
- een belasting van degene die een onroerende zaak die niet in hoofdzaak als woning dient, bij het begin van het kalenderjaar al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruikt (gebruikersbelasting);
- een belasting van degene die bij het begin van het kalenderjaar het genot heeft van een onroerende zaak krachtens eigendom, bezit of beperkt recht (eigenarenbelasting).
De gebruikersbelasting wordt uitsluitend geheven over niet-woningen en de eigenarenbelasting over zowel woningen als niet-woningen.
Tariefontwikkeling
Uitgangspunt is dat de (woon)lasten reëel zijn en passen bij het voorzieningenniveau van Amersfoort. Daarom wordt de waardeontwikkelingen van woningen en niet-woningen via de tarieven gecompenseerd.
De nieuw vast te stellen WOZ-waarden voor de heffing OZB 2026 worden gebaseerd op het waardepeildatum van 1 januari 2025. Bij de berekening van de (voorlopige) nieuwe OZB tarieven 2026 is uitgegaan van de WOZ-waarden 2025 (waardepeildatum 1 januari 2024), het tarief 2025, de trendmatige verhoging en het aanbestedingsvoordeel (Cirkelwaarde) dat leidt tot een lagere afvalstoffenheffing.
De waardemutaties verdisconteren we in de berekening van de tarieven om de totale belastingopbrengst op een gelijk niveau te houden. De totale opbrengst zal dan nog stijgen met de 2,7% reguliere peilaanpassing, de bouwkundige uitbreidingen, nieuwbouw, verbeteringen (naar verwachting 1,3% extra) en de overige areaaluitbreidingen. Nadat in medio oktober minstens 70% van de objecten getaxeerd is en er meer zicht op de daadwerkelijke waardemutatie komt, is de waardemutatie nauwkeuriger te bepalen. Daarna kunnen de definitieve tarieven worden berekend.
In 2027 zal een verlaging van € 300.000 van de OZB plaatsvinden vanwege de eerdere tijdelijke verhoging van de OZB voor knooppunt Hoevelaken zoals toegelicht in de financiële ontwikkelingen in de Meerjarenbegroting 2025-2028.
Herwaardering
Zodra medio december 2025 90% van de woningen en de niet-woningen getaxeerd is, kan bij de Waarderingskamer een verzoek worden ingediend om in 2026 te mogen beschikken en eind januari 2026 de OZB aanslagen op te leggen.
Bij de vaststelling van de verordeningen OZB en rioolheffing gaan wij nader in op de uitkomsten van de herwaardering en zullen dan eveneens de nieuwe gemiddelde WOZ-waarde opnemen.
Samenwerking met inwoners en bedrijven
Wij streven naar een zo goed mogelijke herwaardering, vertrouwen op deze waardering en streven naar een zo beperkt mogelijk aantal bezwaarschriften. Daarom zet de gemeente maximaal in op informeel contact tussen inwoner en taxateur. Dit informele contact geeft de inwoner de mogelijkheid om met de taxateur te overleggen over de totstandkoming van de WOZ-waarde. Ook wanneer de aanslag/WOZ-beschikking al is opgelegd en de inwoner of het bedrijf hierover vragen heeft, of als hij het niet eens is met de waarde. Dat past in een informelere benadering van geschilsituaties. Immers, een juridisch juiste duiding van een geschil, betekent niet automatisch dat een probleem is opgelost. Er zijn ook andere mogelijkheden om te zorgen voor effectieve geschilbeslechting. Het grote voordeel voor inwoners en bedrijven is dat zij niet per definitie bezwaar hoeven maken om tot een oplossing te komen. Zo lossen we samen een probleem op en voorkomt het directe contact dat inwoners en bedrijven de stap naar een No-cure-no-pay bureau (NCNP) maken.
Is de aanslag eenmaal verstuurd, dan start het invorderingsproces. Dit invorderingsproces heeft als doel de belastingschulden zo volledig mogelijk te innen. Het is daarbij beleid van de gemeente Amersfoort om zo snel mogelijk in contact te komen met degenen die om diverse redenen de belastingschuld niet kunnen betalen en met hen afspraken te maken en zo nodig door te verwijzen naar maatschappelijke instanties zoals de schuldhulpverlening. Daarvoor wordt, op het moment dat er niet is betaald na de aanmaning, een extern bureau ingezet om belastingschuldigen telefonisch te benaderen. Op die manier worden onnodige dwanginvorderingskosten voor de inwoner zoveel mogelijk vermeden. Ook wordt er op de website van de gemeente, en door de medewerkers van het Klantcontactcentrum (KCC), verwezen naar mogelijkheden voor betalingsregelingen en het opnemen van contact. Er wordt soepel omgegaan met betalingsregelingen en zoveel mogelijk meegedacht met inwoners en bedrijven.
Afvalstoffenheffing
Algemeen
De gemeente is verplicht om huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen. Ter bestrijding van de daaraan verbonden kosten kan door de gemeente een afvalstoffenheffing worden ingesteld.
De afvalstoffenheffing mag ten hoogste kostendekkend zijn. Het beleid van volledige kostendekking zetten wij ook in 2026 voort. De toegepaste heffingssystematiek met twee tarieven, een (lager) tarief voor eenpersoonshuishoudens en een (hoger) tarief voor meerpersoonshuishoudens, wordt ook in 2026 gehanteerd.
Kostenontwikkelingen
De lasten voor het ophalen en verwerken van afvalstoffen stijgen door inflatie en uitbreiding van het aantal woningen. Een deel van deze kosten wordt in 2026 gecompenseerd door de ombuigingen BH12 Aanbesteding Cirkelwaarde (verwerkt onder de kosten AVU). Zie voor een uitgebreidere analyse ook het kopje 'Wat mag het kosten' bij programma 3 Bedrijvigheid in de Meerjarenbegroting 2025-2028. In tabel PL.03 is de uitsplitsing van de kostenbasis opgenomen.
Tabel: PL.03 Kostenbasis afvalstoffenheffing
AFVALVERWERKING | BEGROTING 2025 | BEGROTING 2026 |
---|---|---|
AVU | 6.887 | 6.896 |
ROVA | 11.569 | 12.659 |
Zwerfafval | 1.394 | 1.448 |
Compensabele BTW | 3.953 | 4.189 |
Oninbaar | 125 | 93 |
Kwijtschelding | 1.436 | 1.436 |
Overige kosten | 1.997 | 2.026 |
Opbrengst oud papier en PMD | -1.642 | -1.677 |
Totaal afvalverwerking | 25.719 | 27.070 |
Overige kosten gespecificeerd: | ||
Diensten van derden | 617 | 621 |
Kapitaallasten | 257 | 261 |
Lasten voor inning (incl. loonindexering) | 261 | 269 |
Directe en indirecte lasten | 389 | 398 |
Overhead | 473 | 477 |
Totaal overige kosten | 1.997 | 2.026 |
Tarieven
De afvalstoffenheffing gaat in 2026 omhoog. Het tarief van een eenpersoonshuishouden stijgt van € 285,60 in 2025 naar € 300,96 in 2026. Het tarief van een meerpersoonshuishouden stijgt van € 400,80 in 2025 naar € 415,68 in 2026. Ondanks een aanbestedingsvoordeel (Cirkelwaarde) stijgen de tarieven met ca. € 15. Deze stijging is het gevolg van een stijging van de vaste kosten en een wijziging in de verhouding tussen de soorten huishoudens. Het aantal eenpersoonshuishoudens (lager tarief) stijgt ten opzichte van het aantal meerpersoonshuishoudens (hoger tarief). Bijgevolge is de kostendaling door bovengenoemd voordeel opgegaan in de hogere aanrijdkosten bij elk huishouden.
Rioolheffing
Algemeen
Onder de naam rioolheffing kan op grond van de Gemeentewet een belasting worden geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan de inzameling en transport van huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater, de inzameling en verwerking van hemelwater en grondwaterbeheer. De rioolheffing is evenals de afvalstoffenheffing geen belasting, waardoor de heffing ten hoogste kostendekkend mag zijn. Ook bij de rioolheffing wordt het beleid van volledige kostendekkendheid gehandhaafd.
Voor de rioolheffing geldt dat de aanslag is gebaseerd op de WOZ-waarde van de onroerende zaak. De hoogte van de tarieven is daarom afhankelijk van de uitkomst van de herwaardering. Evenals bij de OZB is de ontwikkeling van de WOZ-waardes niet relevant voor de hoogte van de gemiddelde aanslag. De eerder genoemde waardeontwikkelingen worden in de tarieven verdisconteerd.
Kostenontwikkelingen
De kosten van kwijtscheldingen, oninbaarverklaringen en het grondwaterbeheer zitten in deze heffing verwerkt, als ook een deel van de kosten voor straatreiniging/zwerfafval. In 2026 gaat voor het laatste jaar de storting in de voorziening met € 230.000 omhoog. In tabel PL.04 is de uitsplitsing van de kostenbasis opgenomen.
Tabel: PL.04 Kostenbasis rioolheffing
RIOLERING | BEGROTING 2025 | BEGROTING 2026 |
---|---|---|
Storting spaarcomponent in voorziening | 6.440 | 6.670 |
Kwijtschelding | 176 | 167 |
Oninbaar | 25 | 50 |
Straatreiniging | 871 | 905 |
Beheer wegen- en watergangen | 994 | 1.021 |
Compensabele BTW | 2.441 | 2.545 |
Overige kosten | 6.004 | 6.283 |
Totaal riolering | 16.951 | 17.641 |
Overige kosten gespecificeerd: | ||
Diensten derden | 2.734 | 2.935 |
Rova | 1.671 | 1.716 |
Lasten voor inning (incl. loonindexering) | 261 | 269 |
Dienstverlening wijkbeheer | 522 | 536 |
Directe en indirecte lasten | 362 | 370 |
Overhead | 454 | 457 |
Totaal overige kosten | 6.004 | 6.283 |
Herwaardering
Zodra medio december 2025 90% van de woningen en de niet-woningen getaxeerd is, kan bij de Waarderingskamer een verzoek worden ingediend om in 2026 te mogen beschikken en eind januari 2026 de OZB aanslagen op te leggen.
Tarieven
Op dit moment is de waardemutatie van de onroerende zaken nog niet bekend. Nadat medio oktober minstens 70% van de objecten getaxeerd is en er meer zicht op de daadwerkelijke waardemutatie komt, kan de waardemutatie nauwkeuriger worden bepaald. Daarna kunnen de definitieve tarieven worden berekend.
Precariobelasting
Precariobelasting wordt geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. Voorwerpen op gemeentegrond die belast worden zijn bijvoorbeeld kabels en leidingen (behoudens van nutsbedrijven), terrassen, bouwmaterialen, zonneschermen, luifels, lichtreclames en vlaggen.
De tarieven precariobelasting worden voor 2026 trendmatig verhoogd met 2,7%.
Overige belastingen en rechten
Hondenbelasting
Hondenbelasting wordt geheven ter zake van het houden van een hond. De belasting wordt geheven over het aantal honden dat iemand houdt.
De tarieven voor de hondenbelasting worden trendmatig verhoogd met 2,7%.
Toeristenbelasting
Toeristenbelasting wordt geheven ter zake van het houden van verblijf binnen de gemeente door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven. De toeristenbelasting wordt geheven over het aantal overnachtingen in het belastingjaar.
Het tarief voor de toeristenbelasting wordt voor 2026 verhoogd van € 4,60 naar € 5,53 per overnachting.
Als gevolg van de ombuigingen wordt de toeristenbelasting stapsgewijs verhoogd to € 6,14 per overnachting in 2027.
Parkeerbelasting
In het kader van de parkeerregulering worden onder naam parkeerbelasting een belasting geheven ter zake van het parkeren van een voertuig en een belasting ter zake van het verlenen van een vergunning voor het parkeren van een voertuig. Heffing en invordering van de parkeerbelastingen zijn in handen van de Coöperatie ParkeerService U.A.
In 2026 worden de parkeerbelastingen niet verhoogd. De huidige Verordening Parkeerbelastingen is voor zowel 2025 als 2026 vastgesteld.
Rechten (Retributies)
Rechten kunnen worden geheven ter zake van het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn, het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten en vermakelijkheden als de gemeente daaraan op enige manier medewerking verleend.
Leges zijn rechten die geheven worden wegens het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten. De diensten waarvoor door gemeente Amersfoort leges geheven wordt zijn opgenomen in de bij de legesverordening behorende tarieventabel. Het betreft een scala van diensten die variëren van het verstrekken van paspoorten en rijbewijzen, het verlenen van omgevingsvergunningen tot en met het verlenen van evenementenvergunningen.
Voor de heffingen van leges geldt het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid. De tarieven moeten zodanig worden vastgesteld dat de geraamde baten niet uitgaan boven de geraamde lasten terzake.
Kwijtschelding van belastingen
De gemeente kan op grond van de wet gehele of gedeeltelijke kwijtschelding verlenen als een belastingschuldige niet in staat is om anders dan met buitengewoon bezwaar een belastingaanslag geheel of gedeeltelijk te betalen.
Of kwijtschelding wordt verleend hangt af van de betalingscapaciteit en het vermogen van de belastingschuldigen. Bij de berekening daarvan mag de gemeente afwijken van de ministeriële kwijtscheldingsregeling en bij het bepalen van de kosten van bestaan ruimere regels stellen dan 90% van de bijstandsnorm. Gemeente Amersfoort voert een actief en maximaal kwijtscheldingsbeleid en gaat voor de kosten van bestaan uit van 100% van de bijstandsnorm, waardoor maximale kwijtschelding wordt verleend.
Ook ondernemers die een zelfstandig bedrijf of beroep uitoefenen kunnen ten aanzien van hun privébelastingen voor kwijtschelding in aanmerking komen.
Kwijtschelding is mogelijk voor de OZB, de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de hondenbelasting (max.1 hond). Iedereen die het afgelopen jaar kwijtschelding kreeg, hoeft geen nieuw verzoek om kwijtschelding in te dienen. De gemeente handelt daar proactief door met verleende toestemming van belastingschuldigen gegevens te laten toetsen bij h et Bureau InformatieDiensten Nederland . De goedgekeurde aanvragen krijgen automatische kwijtschelding. Degenen die zijn afgewezen krijgen een verzoek om aanvullende gegevens aan te leveren. Voor deze groep wordt maatwerk toegepast. In 2025 zijn tot en met augustus 3.550 aanvragen (gedeeltelijk) toegekend.