Inleiding
In deze paragraaf vindt u beschreven welke beleidskaders er zijn voor onze kapitaalgoederen. Ook benoemen wij de financiële consequenties van dit beleid. We doen dit voor de volgende kapitaalgoederen:
• Wegen en infrastructuur
• Riolering
• Kunstwerken
• Water
• Groen
• Gebouwen
De eerste 5 onderdelen hebben betrekking op de openbare ruimte. Wij zetten ons in voor een stad met een gezonde, schone en veilige leefomgeving voor mensen en dieren. Daarbij geven we de transitie vorm naar een groene, klimaatbestendige en circulaire stad en samenleving.
Daarnaast zetten wij onze gebouwen in voor het bereiken van bestuurlijke doelen, zoals het huisvesten van culturele instellingen, scholen, sportverenigingen en wijkcentra.
Beleidskader – Openbare Ruimte
We werken voortdurend aan het in stand houden van de kapitaalgoederen in de openbare ruimte, zoals wegen, bruggen, riolering, groen en verlichting. Het daarvoor gewenste niveau ‘de Amersfoortse basis’ is in 2021 vastgelegd in het Integraal beheerplan openbare ruimte 2022-2031 (vastgesteld juni 2021). In 2026 actualiseren we het integraal beheerplan voor de periode 2027-2036. Het uitvoeren van het beheer en onderhoud is gebaseerd op vier beleidsdoelen:
- We voldoen aan onze zorgplicht voor een veilige en functionele openbare ruimte, zowel boven als ondergronds.
- Onze inwoners zijn tevreden over (het beheer van) de openbare ruimte in de stad.
- Bij het uitvoeren van beheer en onderhoud geven we invulling aan ambities en opgaven, om de openbare ruimte te verbeteren, toekomstbestendig te maken, aan te passen op veranderingen in het klimaat en te laten passen bij de maatschappelijke behoeften. We doen dit op een duurzame wijze. We nemen de realisatie van overige ambities en opgaven in de openbare ruimte mee, mits hiervoor cofinanciering beschikbaar gesteld is.
- Wij stimuleren en faciliteren zelfbeheer en initiatieven van inwoners in de openbare ruimte.
Uitgangspunt voor de programmering is dat de openbare ruimte veilig en functioneel blijft en er geen kapitaalvernietiging plaatsvindt. Dit is samen te vatten als de 'technische noodzaak'. Vanuit deze technische opgave zoeken we continu naar kansen om ook invulling te geven aan andere ambities en opgaven. We overleggen met omwonenden en belanghebbenden bij projecten en zoeken naar mogelijkheden om hun wensen in de uitvoering op te nemen. Dit vraagt vaak om afstemming en clustering van werkzaamheden en projecten op wijkniveau. We werken daarom gebiedsgericht per wijk of buurt.
Financiën
De instandhouding (groot onderhoud en vervangen) van de openbare ruimte wordt gedekt vanuit diverse voorzieningen en vervangingsinvesteringen. De tabel geeft een overzicht voor de beschikbare middelen voor 2026 tot en met 2029. Voor deze periode gaat in het totaal om ruim € 161 mln, zie tabel PO.01. Hiervan betreft zo’n € 45,7 mln. dekking van de lasten van riolering en watertaken (7,9 mln. + 37,7 mln.). De overige € 115,7 mln. is ten behoeve van groot onderhoud en vervanging van de openbare ruimte (27,9 mln. + 87,8 mln.). Het ‘Meerjarenuitvoeringsprogramma openbare ruimte 2026-2029’ (verder ‘MJP-OR’) geeft een gedetailleerd overzicht welke projecten voor deze middelen zijn gepland.
Tabel: PO.01 Beschikbare middelen instandhouding openbare ruimte en riolering
T/M 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | TOTAAL | |
---|---|---|---|---|---|---|
Voorziening onderhoud openbare ruimte | € 8.704 | € 4.796 | € 4.796 | € 4.796 | € 4.796 | € 27.888 |
Voorziening onderhoud riolering (tijdelijk) | € 7.927 | € 7.927 | ||||
Vervangingsinvesteringen openbare ruimte | € 38.542 | € 11.204 | € 16.338 | € 11.720 | € 10.000 | € 87.804 |
Vervangingsinvesteringen riolering | € 11.052 | € 6.670 | € 6.670 | € 6.670 | € 6.670 | € 37.732 |
TOTAAL | € 66.225 | € 22.670 | € 27.804 | € 23.186 | € 21.466 | € 161.351 |
We dekken het in stand houden van de openbare ruimte en riolering vanuit de volgende middelen:
• Exploitatie (dagelijks en groot onderhoud, zoals integrale wijkonderhoudsbestekken).
• Voorziening groot onderhoud openbare ruimte (groot onderhoud wegen/openbare ruimte, baggeren en vervanging groen en bomen). Er wordt jaarlijks € 4,8 mln. in de voorziening gestort. Verwachting is dat er begin 2026 nog € 8,7 mln. resteert in de voorziening. Daarmee is de komende vier jaar ongeveer € 27,9 mln. beschikbaar voor uitvoering van groot onderhoudsprojecten.
• Voorziening groot onderhoud riolering (ex artikel 44 lid 1c BBV): Dit is een voorziening ten behoeve van nog niet uitgevoerde projecten uit het GRP 2012-2021. Hier is oorspronkelijk € 26,9 miljoen gestort vanuit de voorziening middelen derden (ex artikel 44 lid 2 BBV). Deze voorziening wordt opgeheven wanneer de projecten zijn afgerond. Er resteert nog € 7,9 mln.
• Vervangingsinvesteringen openbare ruimte (ten behoeve van vervanging van o.a. integrale herinrichtingen, wegen, openbare verlichting, bruggen, kademuren, grote speelplekken en kunstgrasvelden).
De onderdelen van de openbare ruimte die worden vernieuwd worden geactiveerd conform de BBV. De benodigde bedragen voor vervangingsinvesteringen zijn berekend in het integraal beheerplan Openbare ruimte 2022-2031. De bedragen wordt jaarlijks in de kadernota aangevraagd. Een deel van nog niet uitgegeven investeringsbedragen zijn verdeeld over de periode 2026-2029. Daarmee is in totaal € 87,8 mln. beschikbaar, voor de uitvoering van de in het MJP-OR vastgelegde projecten.
• Voorziening toekomstige vervangingsinvesteringen riolering (ex artikel 44 lid 1d BBV) dit betreft de projecten in het kader van gemeentelijke watertaken, zoals het aanleggen of vervangen van riolering, zoals opgenomen in het GRP 2022-2031. Deze voorziening vangt fluctuaties in de lasten door investeringen op en voorkomt de stijging van kapitaallasten. Er wordt in de komende vier jaren in totaal € 26,7 mln. gestort. Daarnaast resteert naar verwachting nog ongeveer € 11,1 mln. in deze voorziening op 1 januari 2026. Daarmee is van 2026 tot en met 2029 in totaal € 37,7 mln. beschikbaar.
Daarnaast hebben we nog de Voorziening middelen derden (ex artikel 44 lid 2 BBV). Dit is een egalisatievoorziening voor het productsaldo riolering. Het meerdere in de voorziening wordt aangewend ter dekking van de kapitaalslasten van investeringen uit de periode 2018-2020.
Uitvoeringsprogramma openbare ruimte 2026-2029
Voor het groot onderhoud en vervangingen stellen we jaarlijks een voortschrijdend meerjarenuitvoerings-programma openbare ruimte (MJP-OR) op. Dit programma bevat de concrete activiteiten en projecten die we in voorbereiding en uitvoering nemen en de kosten daarvan (voor engineering, uitvoering en bijkomende kosten). Het MJP-OR beslaat steeds een periode van vier jaar, gelijklopend met de periode van de meerjarenbegroting. In het MJP-OR worden ook de projecten voor de gemeentelijke riolering opgenomen. De besluitvorming en dekking daarvan loopt via het Gemeentelijke Rioleringsplan Amersfoort 2021-2031 (GRP), vastgesteld in juni 2021. Deze bevatte een werkprogramma tot en met 2025. Voor 2026-2031 wordt een aanvullende werkplanning vastgesteld.
Het MJP-OR 2026-2029 geeft een compleet overzicht en een uitgebreidere toelichting op gerealiseerde projecten en de planning voor de komende jaren. Voor de periode 2026-2029 zijn dit ongeveer 120 projecten; zowel integrale projecten met een gecombineerde aanpak van riolering, wegen, groen, kunstwerken en verlichting, als ook sectorale projecten voor één van deze onderdelen.
Bij integrale herinrichtingsprojecten wordt de openbare ruimte volledig vernieuwd. Dit proces duurt meerdere jaren. In 2026 wordt gewerkt aan o.a. de Indische buurt, Hooglanderveen-Dorp, Kruiskamp-Zuid, Aletta Jacobslaan en de omgeving van de Graaf Hendriklaan. In Liendert wordt de openbare ruimte rondom De Horsten opnieuw ingericht en worden ontwerpen gemaakt voor de overige delen van de wijk. Dit sluit aan het wijkperspectief en omgevingsprogramma Liendert.
Sectorale projecten in het MJP-OR 2026-2029 zijn een grootschalig vervangingsprogramma om openbare verlichting te vernieuwen en energiezuiniger te maken of het relinen van rioleringen, maar ook het uitvoeren van kleinere projecten als het renoveren van de moestuin in park Randenbroek.
Aandachtspunten bij uitvoeringsprogramma 2026-2029
Beheer en onderhoud van de openbare ruimte zijn langlopende processen die langzamerhand veranderen en zich aanpassen aan nieuwe vragen en opgaven. Daarmee is de situatie rondom beheer en onderhoud vergelijkbaar met de afgelopen jaren, maar zijn er wel trends zichtbaar. In deze paragraaf wordt een aantal van deze trends en actuele ontwikkelingen toegelicht.
• We zijn de achterstand in de uitvoering van projecten aan het inlopen. Daarbij gaat het zowel over de achterstand op riolering als op openbare ruimte, omdat deze in integrale projecten gezamenlijk worden aangepakt. Het versnellen van de aanpak van de openbare ruimte is een prioritaire opgave geworden waarvoor in 2025 een programma is gestart. Op basis hiervan vergroten we de capaciteit door meer projectleiders en projectteamleden en we werken aan een verbeterde projectaanpak en -sturing. Het inlopen van de achterstand gaat meerdere jaren duren maar de effecten van het versnellingsprogramma worden nu al zichtbaar in het verkorten van doorlooptijden en het kunnen oppakken van meer projecten tegelijkertijd.
Het gevolg van achterlopen op de planning is de benodigde extra inzet en middelen van het dagelijks onderhoud om de openbare ruimte veilig te houden. Omdat projecten vanuit een technische noodzaak op de planning zijn opgenomen leidt uitstel en vertraging tot hogere kosten in het dagelijks onderhoud. Inschatting is dat vanuit verhardingen en het wijkonderhoud momenteel ongeveer € 200.000 per jaar nodig is om de veiligheid te waarborgen, wat moet worden opgevangen binnen programma 3 bedrijvigheid. Dit betekent minder budget voor het handhaven van de beeldkwaliteit en ‘toonbaarheid’ van de onze openbare ruimte, zoals verouderde beplantingsvakken. Deze zien er minder mooi uit maar zijn niet onveilig voor de gebruiker van de openbare ruimte.
• De afgelopen jaren zijn prijzen van materialen, energie en brandstoffen aanzienlijke gestegen. Daarbij leidt ook schaarste in capaciteit tot een verhoging van de prijzen. In veel contracten van lopende projecten mogen prijsindexaties worden doorgevoerd. De financiële buffer die is ontstaan door achterstanden zorgt er voor dat de kostenstijgingen niet leiden tot uitstel van projecten. Maar door de prijsstijgingen kunnen uiteindelijk minder projecten worden uitgevoerd. In 2026 werken we aan een nieuw 'integraal beheerplan openbare ruimte 2027-2036', met een geactualiseerde lange termijnstrategie en een hernieuwde berekening over de kosten van het onderhouden en vernieuwen van de openbare ruimte. Deze zal eind 2026 gereed zijn en ter besluitvorming worden aangeboden.
• Beheeropgaven zijn meer en meer verweven met alle andere relevante maatschappelijke opgaven in de stad. Dit toont zich in de doelen die we nastreven bij herinrichtingen en werkzaamheden in de openbare ruimte. Naast het realiseren van een goede technische kwaliteit en veiligheid dragen we zorg voor een leefbare, toekomstbestendige stad en openbare ruimte. Dit betekent aandacht voor klimaatadaptie, vergroening, toegankelijkheid, circulariteit, biodiversiteit, gezondheid, mobiliteit, bewegen en ontmoeten. Het geactualiseerde Handboek Inrichting Openbare Ruimte (HIOR) geeft handvatten om deze beleidsthema's te vertalen naar projectmaatregelen. Daarmee worden de afweging van ambities én effecten beter inzichtelijk en navolgbaar. Dit is ook noodzakelijk omdat letterlijk de ruimte ontbreekt om aan alle ambities invulling te geven en de ruimtevragers toenemen. Denk daarbij aan inbreiding door woningbouw, maar ook deelvervoerhubs, middenspanningsruimten, buurtbatterijen, laadpalen of pakketkluizen.
• We werken gebiedsgericht en proberen steeds meer vanuit een visie op de wijk of buurt projecten aan te pakken en te combineren. Daarmee voorkomen we verrassingen (en dientengevolge het stilleggen van een project), maar kunnen we ook beter invulling geven aan opgaven. In het meerjarenuitvoeringsprogramma openbare ruimte (MJP-OR) dat we jaarlijks opstellen besteden we ook het aandacht aan de strategie per wijk.
Amersfoortse basis
Het Integraal beheerplan openbare ruimte 2022-2031 vat de beoogde kwaliteit van het beheer en onderhoud samen als ‘Amersfoortse basis’. De kern hiervan is dat we continu zorgen voor een veilige en functionele openbare ruimte en daarmee voldoen aan onze zorgplicht. Gemeente Amersfoort zorgt dat de beeldkwaliteit van de openbare ruimte voldoet aan CROW-B-kwaliteit conform de CROW Kwaliteitscatalogus Openbare Ruimte. Om aan het beeldkwaliteitsniveau ‘B’ te voldoen, is de norm dat maximaal 20% van de openbare ruimte een lage (‘C’) of zeer lage kwaliteit (‘D’) mag hebben. Uit monitoring en inspecties blijkt dat we de beoogde kwaliteit over het algemeen door de hele stad halen. Wel staat deze in enkele buurten onder druk door het later vervangen van wegen en groen dan gewenst. We zien als gevolg daarvan dat ook de begroting onder druk komt te staan om deze kwaliteit te behouden, met name om het veilig gebruik van de openbare ruimte te waarborgen.
In de Binnenstad is de norm voor de bovengrondse openbare ruimte beeldkwaliteitsniveau ‘A’, maar in de praktijk ligt de gerealiseerde kwaliteit hier iets onder. De hoge gebruiksdruk en de bijbehorende extra slijtage zijn hiervan oorzaken.
Eén van de redenen van veel en zich herhalende schades aan verhardingen is de opdruk van boomwortels. In het MJP-OR 25-28 is een reservering gedaan voor een structurele aanpak. Daarbij zoeken we naar combinaties met vergroening en herinrichting van straten, zodat we schade in verhardingen aanpakken en bomen behouden en van betere groeiplaatsen voorzien.
Onderhoud
Tabel: PO.02 Onderhoudstabel
Onderdeel openbare ruimte | TECHNISCHE STAAT | INSPECTIE- MONITORINGSMETHODE |
---|---|---|
Groen | B | Beeldkwaliteit CROW kwaliteitscatalogus |
Bomen | B | Kwaliteitseisen Beheerrichtlijnen Bomen/ BVC-inspectie |
Spelen | B | Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen |
Oevers en beschoeiingen | B-C | Inspectie op veiligheid |
Wegen | B | Inspectie CROW schadebeelden/beeldkwaliteit |
Civiele kunstwerken | B | Inspectie op veiligheid/ functionaliteit |
Openbare verlichting | B | Inspectie op functionaliteit/ NSVV-normen/ beeldkwaliteit |
Riolering | B | Functioneel niveau/ RIONED-normen |
Beleidskader – Gebouwen ten behoeve van maatschappelijke en ruimtelijke beleidsdoelstellingen
De gemeentelijke vastgoedportefeuille bestaat in hoofdlijn uit twee delen: het maatschappelijk vastgoed en het strategische vastgoed. In totaal zijn het circa 400 vastgoedobjecten, bestaande uit gebouwen en gronden. Het maatschappelijk vastgoed huisvest organisaties die van belang zijn voor een prettige woonomgeving, sociale cohesie en maatschappelijk welzijn. Het zijn musea, wijkcentra, monumenten, sportgebouwen en -velden, atelierruimtes, terreinen voor volks- en speeltuinen en scoutingverenigingen en enkele tijdelijke onderwijsgebouwen. Ook hebben we acht multifunctionele accommodaties (MFA's), waarin meerdere functies met elkaar in één gebouw gehuisvest zijn. Dit betreffen relatief grote en moderne gebouwen in onze portefeuille. Ter illustratie: deze acht gebouwen beslaan meer dan een kwart van het aantal vierkante meters in onze portefeuille. Voorbeelden zijn het Eemhuis, het Icoon en de Zonneparel.
Het beheer en de exploitatie van ons vastgoed hebben wij voor een groot deel uitbesteed aan SRO Amersfoort BV. Hiertoe hebben wij met SRO een deelovereenkomst gesloten (tot 1 januari 2029), waarin zaken als staat van onderhoud en exploitatierisico zijn opgenomen. Ook hebben wij met SRO kritische prestatie-indicatoren (KPI's) vastgelegd op de thema's veiligheid, duurzaamheid en klanttevredenheid. SRO zet onder deze overeenkomst stappen om de noodzakelijke informatie te kunnen delen en de klanttevredenheid van hun huurders te vergroten. Voor de sportgebouwen en ook de meeste van de welzijns- en culturele gebouwen bouwt SRO de voorziening op en voert zij vanuit deze voorziening het meerjarig, planmatig onderhoud uit. Voor de MFA's en Flint geldt dat de gemeente de onderhoudsvoorziening opbouwt. De basis voor deze voorziening zijn meerjarige onderhoudsplannen die elke drie jaar geactualiseerd worden.
Onderdeel van ons vastgoed zijn ook ongeveer 25 monumentale objecten, onder andere de Koppelpoort, de Onze Lieve Vrouwe-toren en het Belgenmonument. Het zijn met name objecten die een cultuurhistorische en/of maatschappelijke functie binnen de gemeente hebben. De exploitatie van deze groep panden kan door hun kenmerkende karakter niet kostendekkend gebeuren. Deze objecten zijn niet of slechts gedeeltelijk te verhuren en hebben hoge onderhoudskosten, omdat het onderhoud zeer specialistisch van aard is. Ten behoeve van deze onderhoudskosten is een structureel budget beschikbaar.
In 2030 wordt een grootscheepse restauratie van de Onze Lieve Vrouwe-toren verwacht. Dergelijke grote investeringen worden niet binnen de onderhoudskosten begroot. In 2020 is het krediet van € 1 miljoen dat beschikbaar was renovatie de torenspits doorgezet naar 2028. Het is nog niet exact bekend wat het benodigde budget zal zijn. Het doorschuiven van het budget is een eerste stap in het reserveren voor dit grote onderhoudsproject. Wij zullen op termijn terugkomen op de te verwachten restauratie van de toren, welke een zeer forse investering met zich mee zal brengen.
Om een beter beeld te krijgen van de toekomstige te verwachten vervangingsinvesteringen in de vastgoedportefeuille is gewerkt aan een meerjareninvesteringsplanning. In de Kadernota 2024-2027 is ten behoeve van de Vervangingsinvesteringen Maatschappelijk Vastgoed een totaal investeringskrediet van € 180 miljoen opgenomen (over de periode 2025 t/m 2030), waarbij een uitvoeringsprogramma is opgesteld. Na indexeringen en het verwerking van een ombuiging (zie ombuigingsmaatregel O02/bijlage 2 van de Kadernota 2025-2028) is over de genoemde periode in totaal een investeringskrediet beschikbaar van afgerond € 186 miljoen.
De opgave om het vastgoed dat op dit moment 40 jaar of ouder is te vernieuwen is dusdanig groot dat een gefaseerde aanpak en uitvoering noodzakelijk is. Dat vraagt om een concrete planning. Om te bepalen in welke objecten in de vastgoedportefeuille van gemeente Amersfoort wel of niet wordt geïnvesteerd in het kader van de vervangingsinvesteringen maatschappelijk vastgoed en op welk moment, zijn er objectieve selectiecriteria en een uitvoeringsplanning vastgesteld.
Een groot deel van het maatschappelijk vastgoed komt in aanmerking voor verduurzaming. Hiervoor is een Routekaart en een uitvoeringsplan opgesteld die op 10 november 2020 met de Raad is gedeeld. In 2023 heeft een innovatieve aanbesteding plaatsgevonden waarmee 5 aannemende partijen geselecteerd zijn om de kernportefeuille in de komende jaren te verduurzamen. Afgelopen jaar zijn de eerste accommodaties opgeleverd.
De strategische portefeuille bestaat uit vastgoed (gronden en gebouwen), dat verworven is ten behoeve van de uitbreiding en kwalitatieve verbetering van de stad, zoals voor (her-)ontwikkeling van woningbouw en voor bedrijfsmatige en infrastructurele projecten. Ook het te verkopen vastgoed maakt onderdeel uit van de strategische portefeuille.
Beleidskader – Gebouwen voor gemeentelijke organisatie
Begin 2024 is de bouw van het Huis voor de Stad gestart. Het project loopt binnen de (financiële) kaders, de oplevering valt in het derde kwartaal 2026. De gevolgen van Netcongestie zijn aanzienlijk. Inmiddels is de Raad geïnformeerd (eind september 2025) over de financiële gevolgen voor het investering- en/of exploitatiebudget.
In afwachting van de oplevering van het nieuwe Huis voor de Stad wordt in de huidige gebouwen alleen het instandhoudingsonderhoud uitgevoerd. Om aan wettelijke eisen met betrekking tot brandveiligheid en ARBO te voldoen zullen het komende jaar nog werkzaamheden noodzakelijk zijn.
De (incidentele) lasten van het beheer van het huidige stadhuis (o.a. instandhoudingsonderhoud) worden gedekt uit de reserve "Onderhoud stadhuis’. Deze reserve is gevormd uit de voormalige voorziening ‘Onderhoud stadhuis’. Uit deze reserve worden ook de lasten van de verhuizing naar de nieuwbouw gedekt en de kosten voor nazorg, zoals besloten in Vervolgproces Toekomst Stadhuis . De reserve wordt gevoed met de jaarlijkse dotatie voor onderhoud gebouwen stadhuisplein. De onttrekking vindt plaats op basis van de in de begroting geraamde onttrekking. De consequenties van (en mogelijkheden voor) tijdelijk beheer van het huidige stadhuis, nadat het nieuwe Huis voor de Stad in gebruik is genomen en tot het moment dat de locatie daadwerkelijk verkocht of herontwikkeld wordt, worden uiterlijk in 2026 in beeld gebracht. Hierbij worden ook de mogelijke financiële consequenties in beeld gebracht. Voor de eventuele kosten van tijdelijk beheer wordt, gedurende de hele periode van tijdelijkheid, gebruik gemaakt van de middelen uit de Reserve Onderhoud Stadhuis. Dit past bij het eerder vastgesteld uitgangspunt voor de nieuwbouw van het Huis voor de Stad dat ‘de kosten worden betaald binnen het kader van de beschikbare structurele en incidentele middelen voor huisvesting’. Daarnaast is deze reserve benoemd om de risico’s van de herontwikkeling te beperken (zie Financiële Analyse Variantenstudie ), nadat de locatie in 2027 verlaten wordt.
Voor de te behouden locaties (Stadhuisplein 5 en 7), geldt dat het beheer en onderhoud van deze panden in lijn is gebracht conform de beleidskaders in de Nota Vastgoedbeheer. Voor deze locaties zijn nieuwe duurzame meerjarenonderhoudsplannen opgesteld.
Onderwijshuisvesting
Gemeente en schoolbesturen hebben samen een zorgplicht t.a.v. de onderwijshuisvesting. Schoolbesturen zijn juridisch eigenaar van de schoolgebouwen, de gemeente heeft een economisch claimrecht. Wij zijn verantwoordelijk voor nieuwbouw, uitbreiding en vervangende nieuwbouw, schoolbesturen voor het totale onderhoud en aanpassingen aan schoolgebouwen. Omdat Amersfoort verouderde schoolgebouwen heeft, hebben schoolbesturen en gemeente in 2014 een Integraal huisvestingsplan gemaakt om alle onderwijshuisvesting te vervangen en te verduurzamen.
In 2019 heeft uw Raad de gemeentelijke zorgplicht gedoordecentraliseerd aan de coöperaties Samenfoort PO en Samenfoort VO, waarin alle schoolbesturen vertegenwoordigd zijn. De multifunctionele accommodaties die scholen huisvesten zijn geen onderdeel van de afspraken met de coöperaties. De coöperaties maken investeringsplannen voor de onderwijshuisvesting. Uw raad heeft eind 2022 de investeringsplannen voor primair en voortgezet onderwijs voor de periode 2023-2026 ontvangen en de voortgangsrapportage voor de periode 2019-2022. Begin 2026 kunt u de volgende vierjaarlijkse rapportage Voortgang en Herijking verwachten.
Er wordt in het primair onderwijs wijkgericht gewerkt aan nieuwbouw. De scholen in de wijk Schothorst zijn als eerste vernieuwd. Het derde nieuwe schoolgebouw in de wijk, IKC Het Park is mei 2025 geopend, de vierde school De Regenboog staat in de steigers met mei 2026 als verwachte realisatiedatum. Nieuwbouw van basisscholen in het Soesterkwartier worden in 2025 verder voorbereid. Er is inmiddels een gezamenlijk projectorganisatie ingericht met ondersteuning van een bouwmanagent bureau. De bouwvolgorde is bepaald en de tijdelijke huisvestingscarroussel is vastgesteld. De eerste paal voor het gebouw Laakse Tuinen is voor de zomer van 2025 de grond in gegaan. Oplevering staat gepland augustus 2026. De vordering van vernieuwbouw van de Parel is mede afhankelijk van de ontwikkelingen in de wijk (Meridiaan). Een besluit hierover wordt tweede half jaar 2026 verwacht. SBO Zuid is een gevolg van de fusie van SBO Kingma en SBO vd Hoeve en is in zijn geheel vooralsnog tijdelijk gehuisvest op de locatie SBO vd Hoeve. De bedoeling is om op de locatie SBO Kingma nieuwbouw te realiseren. De sloop zal naar verwachting in de loop van 2026 plaats vinden. Er is vertraging ontstaan door de diverse onderzoeken. Ook heeft het gebouw, op verzoek van de gemeente, tijdelijk dienstgedaan als overloop voor de Taalcentra van het voortgezet onderwijs. Ook voor De Kinderhof is in de loop van 2025 gestart met de planvoorbereiding. Omdat het gebouw Kinderhof ook huisvesting biedt aan een viertal groepen van de Windroos, zal de realisatie van de vernieuwbouw een relatie hebben met de Zonneparel, waar de hoofdlocatie van de Windroos is gevestigd. De Zonneparel is een MFA die buiten de doordecentralisatie is gehouden en daarmee geen verantwoordelijkheid is van Samenfoort PO, maar van de gemeente Amersfoort.
Het voortgezet onderwijs vernieuwt tot en met 2026 vijf gebouwen. In 2023 zijn het nieuwe Element en het nieuwe Trivium opgeleverd. Het Guido opende in oktober 2024 zijn deuren. De nieuwbouw van de Amersfoortse Berg is in de zomer van 2025 opgeleverd. Het Axia college zal oktober 2025 geopend worden.
Elke vier jaar wordt de raamovereenkomst doordecentralisatie onderwijshuisvesting herijkt. In samenspraak met de Coöperaties Samenfoort PO en VO is een addendum op de originele versie opgeleverd en vastgesteld. Dit addendum biedt de mogelijkheid aan de schoolbesturen (de bouwheren) om naast onderwijsvierkante meters, op basis van een businesscase, ook te bouwen voor multifunctionaliteit. Hiermee geven we gehoor aan (beleids)wensen vanuit het stadskantoor, de cooperaties Samenfoort en onderwijs gelieerde partners. We rusten hiermee schoolgebouwen nog beter toe op de toekomst.
Afschrijvingsduur per categorie
Tabel: PO.03 Afschrijvingsduur per categorie
CATEGORIE | AFSCHRIJVINGSDUUR |
---|---|
Materiële vaste activa | |
Automatisering: | |
Netwerkbekabeling glas | 10 jaar |
Server software en licenties | 3 - 5 jaar |
Computer(accessoires) | 4 jaar |
Data center voorzieningen | 5 jaar |
Applicatiesoftware | 4 -7 jaar |
Inventaris: | |
Meubilair | 10 jaar |
Overige voorzieningen | 5 - 15 jaar |
Vervoermiddelen: | |
Dienstauto's | 5 jaar |
Gebouwen: | |
Diverse gebouwen (o.a. stadhuis, zwembad, sporthallen etc.) | 20 - 50 jaar |
Renovatie gebouwen | 5 - 30 jaar |
Diverse noodlokalen | 15 jaar |
Terreinen: | |
Sportterreinen | 40 jaar |
Speelterreinen | 30 jaar |
Kunstgrasvelden | 10 jaar |
Infrastructuur: | |
Reconstructies en groot onderhoud wegen | 25 - 40 jaar |
Integrale projecten in de openbare ruimte | 35 jaar |
Kademuren/ bruggen | 50 jaar |
Beschoeiingen | 40 jaar |
Houten bruggen | 25 jaar |
Verkeersregelinstallaties | 15 jaar |
Openbare verlichting masten | 48 jaar |
Openbare verlichting armaturen | 24 jaar |
Openbare verlichting kabels | 60 jaar |
Openbare verlichting schakelkasten | 30 jaar |
Rioleringsinvesteringen | 40 jaar |